Basisonderwijs
Zoals de naam basisschool al doet vermoeden leggen kinderen de basis. Dit betreft veel gebieden, waaronder rekenen, taal, schrijven, spelling, lezen, begrijpend lezen, woordenschat, sociaal-emotionele ontwikkeling, levensbeschouwing, aardrijkskunde, geschiedenis, natuur en biologie, media, programmeren, verkeer en bewegingsonderwijs. Dat zijn veel vakken, maar kinderen leren ze beetje bij beetje. In groep 3 leren kinderen lezen en schrijven, waarna in groep 4 het begrijpend lezen en woordenschat een grotere plek in gaan nemen. Rekenen start met kleine getallen en wordt middels mooie leerlijnen steeds wat lastiger, maar wel te volgen als kinderen goed mee kunnen blijven komen. Een aantal vakken vinden elke dag plaats, waaronder taal en rekenen, maar sommige vakken staan slechts eens per week op het rooster.
Leerlingvolgsysteem en toetsen
Vanwege het volgen van de ontwikkeling worden op school toetsen afgenomen. Er is een verschil tussen methodetoetsen en Cito-toetsen van het leerlingvolgsysteem. Methodetoetsen vinden direct plaats na de behandeling van een blok in de klas, maar de Cito-toetsen worden twee keer per jaar afgenomen, rond januari en rond juni. Ook al zijn methodetoetsen belangrijk, toch worden veelal de Cito-scores gebruikt om de resultaten van kinderen in kaar te brengen. Ze gaan immers over de doorgaande lijn, zijn onafhankelijk van methodes en goed te begrijpen door de leerkrachten. Aan de hand van Cito-toetsen worden eventueel plannen opgesteld om kinderen of complete groepen verder te helpen.